Sociale partners, de oppositie, ondernemers en zzp’ers zelf: allemaal hebben ze forse kritiek op de nieuwe zzp-wet van minister Koolmees van Sociale Zaken. Ook in de zorg kunnen zijn plannen op veel onbegrip rekenen.
Een belangrijk kritiekpunt vanuit de branche is de zogenaamde ‘opt-out’ die de minister wil introduceren. Die regeling houdt in dat zzp’ers die meer dan 75 euro per uur verdienen en hooguit een jaar voor een opdrachtgever werken niet hoeven te bewijzen dat ze eigen baas zijn. Ze zijn dan per definitie zelfstandige en worden gevrijwaard voor loonbelasting en werknemerspremies.
Veel zorgprofessionals zullen gebruikmaken van die nieuwe zelfstandigenverklaring, voorspelt Erik van Dam van de vereniging van zorgverleners VvAA woensdag in Het Financieele Dagblad. Alleen verdienen veel zorgprofessionals vaak net geen 75 euro per uur, met opvallend veel recente tariefverhogingen als gevolg.
“Daarom is de oproep: haal dat toptarief omlaag”, aldus Van Dam. “Zo krijg je minder discussie vanuit de eerste lijn.”
Te korte termijn
Veel huisartsen maken zich ook zorgen over de termijn van de opt-out: hooguit een jaar is te kort. Dat blijkt ook uit de vele vergelijkbare reacties die leden van die beroepsgroep plaatsten op een internetconsultatie over het onderwerp.
"Een waarnemend huisarts werkt vaak meerdere jaren op verschillende praktijken omdat dit de continuïteit van de zorg ten goede komt. Praktijkhoudende huisartsen en patiënten hebben behoefte aan een dokter die continuïteit kan bieden en zowel de organisatie als de patiëntenpopulatie kent. De waarnemend huisarts valt in gedurende de vakantieperiodes, griepepidemie, zwangerschapsverlof, ziekte et cetera", stelt bijvoorbeeld een huisarts uit Haarlem. "Kortom, werken in de zorg vraagt om maatwerk als het gaat om de beoordeling van de arbeidsrelatie. De eerstelijnsgeneeskunde kan niet functioneren zonder zelfstandige huisartsen."
Dat maatwerk is de reden dat generieke regelgeving niet werkt voor de zorg, betoogt ook Arie Treffers van Solo Partners, een brancheorganisatie voor zzp'ers in de zorg. "Door de vele regels en protocollen is er in de zorg altijd een mate van sturing. Dat maakt het moeilijk te bewijzen dat er geen gezagsrelatie is."
Dat minister Koolmees heeft toegezegd de modelovereenkomsten van de huidige wet-DBA in de toekomst te behouden, biedt daarbij volgens de brancheorganisatie geen soelaas. "In de thuiszorg is het wel gelukt een aantal modelovereenkomsten goedgekeurd te krijgen. Maar binnen een zorginstelling wil de fiscus gewoon niet geloven dar er zelfstandig gewerkt kan worden. Geen enkele intramurale overeenkomst heeft het gehaald."
Administratieve explosie
Waar zowel de goedbetaalde als de minder betaalde zorgprofessionals tegen opkijken, is de urenregistratie waarmee ze door de nieuwe wet te maken krijgen. Zo moeten zelfstandigen straks de uren die voor een klus staan vooraf inschatten en achteraf de daadwerkelijk gemaakte uren verantwoorden en in rekening brengen.
Dat is niet alleen veel werk, veel zorgprofessionals werken niet met uurtarieven. Het is gebruikelijker dat bijvoorbeeld mondhygiënisten en zelfstandige tand- en huisartsen maandelijks een nota naar de praktijkhouder sturen op basis van de door hen gedraaide omzet. Tegenstanders van de nieuwe wet verwachten dan ook een administratieve explosie als dat allemaal teruggerekend moet worden naar een uurtarief.
Erik van Dam van de VvAA stelt in Het Financieele Dagblad dan ook blij te zijn dat de nieuwe wet voorlopig nog niet van kracht wordt. Hij heeft zijn hoop gevestigd op het brede overleg met belanghebbenden dat Koolmees heeft aangekondigd. "Ik heb wel het idee dat de minister luistert."